
category_news
Nieuw rapport ‘Effecten van (blad)bemesting met sporenelementen’
Delphy en NMI hebben een in opdracht van de BO Akkerbouw in een literatuurstudie nieuwe informatie over de bemesting van sporenelementen verzameld met als doel om de bemestingsadviezen voor sporenelementen te actualiseren. Deze adviezen zijn in de basis nog actueel, maar verdienen op een aantal punten uitbreiding en aanpassing.
Onder Bemesting Sporenelementen in dit handboek staan bemestingsadviezen voor sporenelementen. De adviezen zijn gericht op het voorkomen van gebrekziekten in akkerbouw en vollegrondsgroentegewassen. Het gebruik van bladmeststoffen met sporenelementen is de laatste decennia toegenomen en de analysemethoden om de beschikbaarheid van sporenelementen te bepalen, zijn veranderd. Dit roept de vraag op of de adviezen in het handboek nog wel actueel zijn. In opdracht van de Bracheorganisatie Akkerbouw hebben Delphy en NMI in een literatuurstudie actuele informatie over sporenelementen gebundeld en in drie praktijktesten gekeken of de adviezen in het handboek nog actueel zijn. De belangrijkste conclusies zijn:
- De huidige adviezen in het handboek zijn gebaseerd op analysemethoden die in de praktijk niet of weinig meer worden gebruikt.
- Veel analyses van sporenelementen zijn tegenwoordig gebaseerd op extractie met CaCl2. Met deze methode wordt een andere fractie gemeten dan met de ‘oude’ methoden. De adviezen in het handboek moeten hierop worden aangepast.
- Voor een aantal zware metalen wordt met CaCl2 slecht een klein deel van de in de bodem aanwezige hoeveelheid gemeten. Voor koper en zink geldt dat een deel van de niet-gemeten fractie door nalevering beschikbaar komt. Een nadere onderbouwing van adviezen op basis van CaCl2 is gewenst.
- Bij een bodem pH-CaCl2 hoger dan 6, is de Mn-CaCl2 zo laag dat een bodemanalyse niet zinvol is. Dit is voor de meeste kleigronden het geval. Het advies in het handboek wordt hierop aangepast en dan gebaseerd op de pH, de vochttoestand van de grond en gewasmonitoring in de gewassen die gevoelig zijn voor mangaangebrek.
- Regelmatig gebruik van dierlijke mest zorgt voor een behoorlijke aanvoer van sporenelementen.
- In drie praktijkproeven met aardappelen, uien en zomergerst heeft bladbemesting met sporenelementen in 2019 niet geleid tot meeropbrengsten, ondanks dat bemestingsadviezen werden gegeven op basis van grondonderzoek.
Tijdens de CBAV-webinar van donderdag 26 november a.s., wordt nader ingegaan op de resultaten van de literatuurstudie van Delphy en NMI en op de benodigde aanpassingen in de bemestingsadvisering van sporenelementen. Zie: Webinars bodem en bemesting
Klik hier voor het rapport Effecten van (blad)bemesting met sporenelementen
Meer informatie: Harm Brinks, Delphy (h.brinks@delphy.nl)